De Inventaris Immaterieel Erfgoed Nederland bevat immaterieel erfgoed waarvan de erfgoedgemeenschap, groep of individu een borgingsplan heeft geschreven om het erfgoed toekomst te geven. Dat plan is getoetst door een onafhankelijke Toetsingscommissie. De erfgoedzorg wordt elke drie jaar geëvalueerd.

Beschrijving

Van mei tot oktober wordt op zondagmiddag de poppenkast op Dam in Amsterdam bespeeld door een poppenspeler en een assistent. De poppenspeler werkt volledig op het gehoor hij doet alle stemmen, karakters en bewegingen van de poppen. Omdat de poppenspeler niets kan zien let de assistent buiten de poppenkast opdie tevens met met een mansbakje een kleine vergoeding aan het publiek vraagt.

Er zijn zeven vaste figuren in de poppenkast op de Dam maar er worden soms ook nieuwe figuren voor speciale gelegenheden of actualiteiten gemaakt. De hoofdpersonen uit het klassieke verhaal zijn: Jan Klaassen, Katrijn, de baby, de Generaal, de Dood van Pierlala en de Boef.  Er zijn ook een aantal bijfiguren zoals de huisbaas, de agent de burgemeester en de voddenman en de krokodil die de duivel symboliseert. Een pop die nog maar zelden gebruikt wordt is de Beul. Elke poppenspeler maakt zijn eigen poppen.

Attributen die gebruikt worden zijn de klapstok die voor een slapstick element zorgt en varianten daarop zoals een bezem, pan, deegroller.

Het spel wordt hoofdzakelijk voor kinderen gespeeld maar bij speciale gelegenheden ook voor een publiek van volwassenen.

Beoefenaars en betrokkenen

De Stichting Poppenkast op de Dam organiseert de voorstelling van Jan Klaassen op de Dam.

Naast de poppenspeler en zijn assistent zijn er een aantal vrijwilligers die zich bezig houden met de op- en afbouw van de poppenkast, het verspreiden van promotie materiaal en het onderhoud aan de website. Door middel van de Jan Klaassen Academie worden nieuwe poppenspelers opgeleid.

Voor de geschiedenis en ontwikkeling van het poppenspel van Jan Klaassen kunnen bezoekers terecht bij het Jan Klaassen Museum.

Geschiedenis en ontwikkeling

Een vroege bron van een poppenkast in Nederland is te vinden in ‘De Amsterdamse Kermis’ uit 1801. Hierin wordt gesproken van het welbekende ‘Jan Claezen spel’. Omdat de straatpoppenkast draagbaar was en dus makkelijk verplaatst kon worden kon men in vroeger tijden ook op andere pleinen en straten het Jan Klaassenspel zien. Het publiek werd aangetrokken door de actie en het rumoer in de poppenkast dat vanwege het kabaal ‘ronzebons’ genoemd werd. Poppenbazen hadden het, omdat zij een vergunning moesten hebben, regelmatig zwaar met de politie. Was er geen vergunning dan werd de poppenkast verbeurd verklaard. In 1830 vestigde zich de Italiaanse kermisfamilie Cabalzi in Amsterdam, uit deze familie kwamen ruim honderd jaar lang de poppenspelers op de Dam voort.

De periode na de Tweede Wereldoorlog was een ongunstige tijd voor het Jan Klaassenspel. De smaak van het publiek veranderende waardoor de belangstelling voor de poppenkast op de Dam terugliep.

Toen er binnen de familie Cabalzi geen opvolgers meer waren werd Wim Kerkhove de poppenspeler op de Dam. Hij wist een nieuwe artistieke dimensie toe te voegen en introduceerde actuele thema’s in de poppenkast zoals ‘Ban de Bom’ met Jan Klaassen. In 2000 heeft Win Kerkhove het stokje over gegeven aan Misha Kluft die om gezondheidsredenen na acht jaar moest stoppen. Hierna is de poppenkast op de Dam drie jaar weggeweest maar door de oprichting van de Jan Klaassen Academie en de opleiding van Egon Abel is de poppenkast sinds 2012 weer terug op de Dam.

Borgingsacties

2019-2021

  • De Jan Klaassen Academie, de opleiding in het Jan Klaassenspel voor poppenspelers en theatermakers, voortzetten en beter promoten.
  • Op zoek naar meer financiële steun.
  • Zoeken naar nieuwe organisaties om mee samen te werken.
  • Flyers en posters maken voor zowel scholen als andere drukke plekken in Amsterdam evenals flyers gericht op toeristen, die op de Dam kunnen worden uitgedeeld.

Contact

Stichting Poppenkast op de Dam
Weesperzijde
1091 EN
Amsterdam
Noord Holland