Het Sinterklaasfeest is een feest voor alle leeftijden en bestaat uit een aantal rituelen en gebruiken.
Intocht: De sinterklaastijd begint met de landelijke intocht van Sint Nicolaas (Sinterklaas) en pieten op de eerste zaterdag na 11 november. Vrijwel meteen daarna vinden in praktisch alle plaatsen in Nederland intochten plaats. Sint Nicolaas wordt gewoonlijk onthaald door de burgemeester. Hij is dan omringd door pieten. Een hele schare kleine kinderen en hun ouders begroeten de Sint.
Schoen zetten: Als de Sint eenmaal in het land is, kunnen kinderen ’s avonds hun schoen zetten. Zij plaatsen die dicht bij de schoorsteen, waardoor Piet binnen kan komen, of bij de verwarming. In de schoen wordt dikwijls een tekening voor Sinterklaas gedaan of iets lekkers voor het paard. De volgende morgen treffen de kinderen snoepgoed of een klein cadeautje in de schoen aan.
Pakjesavond: Hoogtepunt van het sinterklaasfeest is de avond van 5 december, pakjesavond. Kinderen en volwassen krijgen dan cadeaus, zogenaamd van Sinterklaas. Vaak zijn de cadeaus voorzien van een sinterklaasgedicht, soms zijn ze verpakt als surprise. De avond is gewoonlijk erg gezellig. Er worden sinterklaasliedjes gezongen en er wordt speciaal snoepgoed gegeten, zoals pepernoten, taaitaai, chocoladeletters en borstplaat.
Zingen van sinterklaasliedjes: Voor Sint Nicolaas en de pieten worden speciale sinterklaasliedjes gezongen. Bepaalde liedjes gaan al generaties lang mee, zoals ‘Zie ginds komt de stoomboot’ en ‘Zie de maan schijnt door de bomen’. Ook worden er geregeld nieuwe, moderne liedjes gemaakt.