Werkbezoek Minister Van Engelshoven over immaterieel erfgoed

Erfgoedgemeenschappen vertellen over hun passie

Op 22 januari 2018 bracht Minister Van Engelshoven een werkbezoek aan de West-Kruiskade in Rotterdam, om geïnformeerd te worden over immaterieel erfgoed en de erfgoedgemeenschappen erachter. Verschillende erfgoeddragers waren aanwezig, die met passie vertelden over het immaterieel erfgoed dat zij willen doorgeven.

Maandag 22 januari 2018 bracht minister Ingrid van Engelshoven van het ministerie van OCW een werkbezoek aan de West-Kruiskade. Ze is nog maar kort minister en wilde geïnformeerd worden over de sector van het immaterieel erfgoed. Met hulp van het Kenniscentrum Immaterieel Erfgoed Nederland was een boeiend programma samengesteld, waarin vooral de gemeenschappen zelf aan het woord waren. Het ministerie had het programma toegespitst op onderwerpen als culturele diversiteit, jongeren en immaterieel erfgoed en op het ambacht, waarbij vooral de relatie werd gelegd met vernieuwing en met jonge makers.

 

Het Zesde Geluk

Alice Fortes aan het woord in kookwinkel Het Zesde Geluk van Jinai Looi

Het zesde geluk

Het werkbezoek vond plaats in een informele setting, in kookwinkel het Zesde Geluk van Jinai Looi. Jinai Looi is één van de initiatiefnemers achter de voordracht van ‘Het immaterieel erfgoed van de West-Kruiskade’ voor het netwerk en de inventaris immaterieel erfgoed in Nederland. Zij vertelde met passie over haar doelstelling verschillende internationale culturen met elkaar te laten kennismaken door middel van samen koken en eten. Niet minder bevlogen was Fred Fitz-James, die met zijn Fred Kulturu Shop informatie verspreidt over Surinaamse tradities, onder meer over spirituele winti rituelen en over geneeskrachtige kruiden. Alice Fortes vertelde over de achtergronden van de wijk, ooit een probleemwijk nu dankzij de inzet van immaterieel erfgoed een voorbeeldwijk mogelijk ook voor andere steden. Het Rotterdamse model leunt sterk op de activiteiten van de kleine ondernemers in de straat, die met behulp van immaterieel erfgoed de straat een kleurrijk aanzien geven. Ze noemde ook feesten als het Chinese Drakenfeest en Keti Koti, die zich ontwikkeld hebben tot gezamenlijk identificatiepunt voor de hele wijk.

 

Mevrouw de Molenaar

Mevrouw de Molenaar Christa Bruggenkamp

Jongeren en immaterieel erfgoed

Bij het thema Jongeren en immaterieel erfgoed kwamen twee jonge vrouwen aan het woord: Geneitha Russell (Queen van het Zomercarnaval Rotterdam) en 'Mevrouw de Molenaar' Christa Bruggenkamp, beiden toevallig even oud. Christa vertegenwoordigde onlangs in Zuid-Korea de molenaars, toen het Ambacht van Molenaar daar op de internationale UNESCO lijst van het immaterieel erfgoed werd geplaatst. Ze vertelde hoe deze plaatsing heel veel heeft los gemaakt in Friesland, waar zij vandaan komt. Zo werd ze bijvoorbeeld geïnterviewd door de Leeuwarder Courant. Als jonge molenaar, die nog maar net de molenaarsopleiding heeft voltooid, wil ze aan de slag met dit voor Nederland zo belangrijke ambacht. Ze heeft al een ondernemersplan gereed over hoe haar molen zich zou kunnen ontwikkelen tot ontmoetingsplek. Daarin zoekt ze de samenwerking met verwante partners, zoals bijvoorbeeld de broodbakkers.

De kleurrijk als zomerkoningin uitgedoste Geneitha, geboren in Aruba maar tegenwoordig wonend in Amsterdam, werd na haar komst in Nederland al op heel jonge leeftijd het Rotterdamse carnaval ingezogen. Ze mag ook graag zomercarnavals in andere landen bezoeken. Zo was ze bijvoorbeeld al in Berlijn en in Praag. Dat immaterieel erfgoed niet zonder materieel erfgoed kan, bleek uit het lijmpistool dat Geneitha demonstreerde en waarmee zij al haar kostuums heeft gemaakt.

Geneitha demonstreert haar lijmpistool

Geneitha showt haar lijmpistool

Tenslotte was er aandacht voor het ambacht, sinds Het Jaar van het Ambacht in 2015 een belangrijk speerpunt van het Kenniscentrum. Willemien Ippel en Marion Poortvliet vertegenwoordigden de Crafts Council Nederland, dat zich vooral toelegt op het creatieve ambacht en de samenwerking zoekt met jonge makers die zich laten inspireren door oude tradities. Willemien noemde als voorbeeld het Staphorster stipwerk, zoals onder meer levend gehouden door mensen als Gerard van Oosten. Wendy van Wilgenburg vertelde over het Ambacht in Beeld Festival dat ze elk jaar organiseert in de Hallen in Amsterdam. Voor haar staat het ambacht zelf centraal, vandaar de vele workshops die zij altijd organiseert tijdens de happening in Amsterdam. Op dit moment is Wendy betrokken bij het ontwikkelen en uitwerken van ideeën over het Ambachtenlab in het Openluchtmuseum.

 

Wendy van Wilgenburg vertelt over Ambacht in Beeld

Wendy van Wilgenburg vertelt over Ambacht in Beeld

Onder de indruk

De minister betoonde zich een aandachtig luisteraar, die onder de indruk was van de passie waarmee de erfgoeddragers zich presenteerden. Is er zoiets als een Rotterdams model, zo was één van haar vragen. Fred Fitz-James noemde passie als een van de sterke punten van immaterieel erfgoed, maar voegde er nog een woord aan toe: het organische, waarmee hij bedoelde dat er niet zozeer sprake is van een afgerond model maar van samenwerking van enthousiaste mensen die gezamenlijk aan iets werken.

Leo Adriaanse van het Kenniscentrum

Leo Adriaanse, hoofd van het Kenniscentrum Immaterieel Erfgoed

Leo Adriaanse, inmiddels al weer bijna een jaar hoofd van het Kenniscentrum Immaterieel Erfgoed, vertelde over de UNESCO conventie, het Kenniscentrum en natuurlijk over immaterieel erfgoed. Immaterieel erfgoed is een vorm van erfgoed dat gekenmerkt wordt door een grote dynamiek en diversiteit. Het belangrijkste is misschien nog wel dat het een participatieve manier van omgang is met cultuur, door heel veel mensen met passie beleefd. Ook is er een economische uitstraling, bijvoorbeeld via het toerisme, en draagt immaterieel erfgoed bij aan sociale cohesie. Van het Zwarte Piet debat hebben we geleerd dat er soms ook strijd om kan zijn, ook tradities als pijproken en vuurwerk liggen soms onder vuur in de samenleving. Hoe hier mee om te gaan is een van de uitdagingen van de UNESCO conventie waarmee het Kenniscentrum aan de slag gaat.

Alle rechten voorbehouden